Geschiedenis/1980/Batavierentwintiguursrace

Uit rdwiki
Versie door Frans (overleg | bijdragen) op 30 mei 2008 om 21:57 (axenten. typo's en zo)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Voorbereidingen

In de paasvakantie waren de eerste voorbereidingen begonnen voor wat Radio Drienerlo's langste uitzending moest worden: een 24 uur lang verslag van de Batavierenrace op zaterdag 26 april. Op 10 april waren Rolf en Frans naar de Batavierencommissie in het Sportcentrum gegaan om wat meer informatie te krijgen over de race en afspraken te maken over mogelijke samenwerking. Ze kregen te horen dat een telefonische verbinding vanuit Nijmegen moeilijk zou zijn, omdat alle telefoons in het Sportcentrum aldaar door de organisatie in gebruik waren. Dit betekende dat de 2 meter-zender van Gerard de enige verbinding vormde om reportages, die op √bnica's gemaakt werden, naar Drienerlo door te sturen.
De organisatie maakte zelf gebruik van mobilofoons van het Rode Kruis, maar die waren alleen bestemd voor noodgevallen.

Voor de voertuigen die de race volgden (met name deelnemersbusjes en motoren) waren groene vignetten beschikbaar met de opdruk "BATAVIERENRACE", die vrijdagavond in Nijmegen uitgereikt zouden worden. Ook voor RD zouden vignetten beschikbaar zijn.

De uitslag van elke etappe werd per motorkoerier naar het Rekencentrum van de TH Twente gebracht, waar vanaf 6 uur 's ochtends een ploeg zat om deze in te voeren en te controleren. Contactpersoon voor deze computerploeg was de heer van Heun. De einduitslag zou tegen acht uur 's avonds bekend zijn (drie en een half uur na de finish), en de prijsuitreiking was rond tien uur op het Batavierenfeest in de Bastille.
Bij de restartpunten zouden overigens al voorlopige deeluitslagen hangen, onder een Grolsch-spandoek.

RD kon een lijst krijgen van de deelnemende ploegen en hun contactpersonen. De buitenlandse ploegen waren nog niet precies bekend; in ieder geval waren er ploegen uit Zweden, Engeland en Duitsland.

Op dinsdag 11 april kwam de presentatie- en muziekploeg voor de Batavierenrace-uitzending bijeen bij Frans op de kamer. Pieter, Paul, André, Jopie, Jan en Rolf waren er, Frans zelf, en Jeroen, een nieuw gezicht bij RD, die ook nog twee vrienden meegenomen had, Gerrit en HermanW. Evert en Erwin wilden ook meedoen, maar konden die avond niet komen.

Er zou tijdens de uitzending gewerkt worden met twee mengpanelen, een 'infopaneel' en een 'muziekpaneel'. Achter elk paneel zou een presentator komen te zitten, die tevens technicus was. De muziekpresentator zocht platen uit, draaide ze en kondigde ze ook aan. Het eindsignaal van zijn mengpaneel zat op een schuif van het infopaneel. Als er een reportage aankwam, of ander nieuws te melden viel, kon de info-presentator het muzieksignaal wegdraaien, en de reportage aankondigen en er in schuiven.

Als muziekpaneel zou het mengpaneel van Jan gebruikt worden, terwijl dat van Frans als infopaneel dienst zou doen.
Tijdens de bijeenkomst deed Jan nogal moeilijk over voorwaarden en garanties rond het uitlenen van zijn mengpaneel. Omdat de andere aanwezigen niets mochten weten over hoe de verbinding van studio tot zender tot stand kwam, werd daar eerst heel kryptisch over gesproken. Later trokken Jan, Frans en Rolf zich terug op de gang om hierover te praten. Het probleem was dat Jan liefst zo min mogelijk moest weten, om redenen van veiligheid en rivaliteit. Maar Jan wilde precies weten welk risico hij liep dat zijn mengpaneel in beslag genomen zou kunnen worden, en dus verlangde hij allerlei technische details. Pas later werd een mogelijke verklaring gevonden waarom Jan zo moeilijk deed.

De andere aanwezigen raakten wat geïrriteerd door dit geheimzinnige gedoe en het wachten tot het eigenlijke doel van de bijeenkomst ter sprake kon komen: de inhoud van het programma en de samenstelling van een rooster. Maar toen Jan min of meer tevreden gesteld was ging het verder vlot. Er werd een indeling gemaakt in blokken van twee en soms drie uur, en tijdens de uitzending zouden regelmatig opnamen gedraaid worden van bands die 's avonds op het grote Batavierenfeest optraden.

Op vrijdagmiddag 18 april, een week voor de race, gingen Rolf, Hans en Frans naar Jan toe om een paar dingen te vragen over diens mengpaneel. Toen ze de flat inliepen ging daar de telefoon. Jan bleek niet op zijn kamer te zijn, en kennelijk was er niemand op de flat aanwezig, want de telefoon bleef rinkelen. Tenslotte nam Hans hem op. Het bleek Jan te zijn, die een flatgenoot wilde spreken.

Toen Hans over het mengpaneel begon, vertelde Jan dat hij dat inmiddels verkocht had aan Joop Zomer van Radio Enschede, en dat het niet beschikbaar was voor de Batavierenrace-uitzending. Het klonk meer als "jullie hebben pech gehad, en daar kan ik verder niets aan doen", dan "sorry, ik moest wel, maar laten we naar een andere oplossing zoeken".

Ruim een week eerder had Jan Frans verteld dat hij in financiële problemen zat, en uiterlijk 11 april geld nodig had. Hij had toen al de mogelijkheid van verkoop van zijn mengpaneel geopperd. Die vrijdag (11 april) had hij Frans alleen gezegd dat de zaak goedgekomen was zonder verder op details in te gaan. Het zat er dus dik in dat hij zijn mengpaneel al een week voor dat toevallige telefoongesprek op de 18e verkocht had. Ook het gezeur over "garanties bij uitlenen" van dinsdag kon hiermee verklaard worden. Waarschijnlijk had de nieuwe eigenaar garanties geeist voor het uitlenen van het mengpaneel tijdens de Batavierenrace. En misschien was net gebleken (Jan belde nl. vanaf Joop's huis) dat Joop het tenslotte toch maar niet wilde afstaan. Jan zweeg hier in ieder geval over, terwijl hij toch op z'n minst Frans van de verkoop had kunnen laten weten.

Jan stond al niet bekend als een figuur waar je altijd op kon vertrouwen, maar dit was voor Hans en Frans de druppel die de emmer deed overlopen.

Verdere discussie door de telefoon was zinloos. Het feit werd voor kennisgeving aangenomen, en RD had er een probleem bij. Want waar haal je binnen een week een geschikt mengpaneel vandaan?

Twee dagen later belde Jan Frans op om te zeggen dat hij zelf ook niet bij de uitzending zou zijn; hij vertrok vrijdagavond naar Duitsland en kwam pas zaterdagmiddag terug. Dat betekende dat de betrokkenheid van Jan bij de uitzending nu beperkt was tot het coördineren van de muziekploeg. Frans vroeg wanneer Jan het rooster van die ploeg zou maken en verspreiden. Jan zei het nogal druk te hebben de komende dagen, en Frans bood aan die taak van hem over te nemen. Want het was wel duidelijk dat van hem nu niet veel inzet voor RD meer te verwachten was.

Frans wilde de papieren van Jan zo snel mogelijk hebben, en ze spraken af dat Jan ze in zijn keukenkastje zou leggen, zodat Frans ze de volgende ochtend (als Jan weg was) kon ophalen. Aldus geschiedde, en verder werd van Jan tot ruim na de Bata niets meer vernomen.

Dinsdag kwam de reddende engel in de vorm van Erwin (Ervis). Hans had hem verteld van de ontstane problemen na het wegvallen van Jan's paneel, en Erwin bood onmiddellijk de apparatuur van zijn discotheek "Sound Factory" aan voor gebruik. Niet alleen een mengpaneel, maar ook twee draaitafels en een microfoon stelde hij beschikbaar. De enige restrictie was dat het spul zaterdagavond om zes uur weg moest, omdat "Sound Factory" 's avonds op het Batavierenfeest in de Kelder draaien zou. Maar dat was niet zo'n probleem: na zessen was de race zelf toch afgelopen, en kon de uitzending na enig plugwerk met alleen het paneel van Frans wel doorgaan.

Communicatie

Het was de bedoeling dat de reportages vanuit "het veld" met de 2-meter zender van Gerard doorgestuurd werden naar de shack van de ETGD (Experimentele Telecommunicatie Groep Drienerlo, de vereniging van zendamateurs) bovenop het EF-gebouw. De maandag voor de race ging Gerard met Rolf achterop de motor kijken of Gerard's zender de afstand van Nijmegen tot de campus wel haalde. Volgens Gerard zou het net moeten gaan.

Het was al laat toen ze vlak bij Nijmegen waren, en de verbinding bleek nog prima te lukken, dus ze vertrouwden erop dat het zaterdag langs de hele route goed zou gaan.

Het signaal zou vanaf EF per telefoon naar de studio worden getransporteerd, en ook het aansluiten van de ontvanger op de telefoon werd alvast uitgetest. Hans, die boven op EF de communicatie met de motor onderhield, belde de Gerard's flat op, zodat Gerard zijn flatgenoten kon vertellen dat hij pas om zeven uur terug zou zijn, en of ze een bordje eten voor hem wilden overhouden.

Campuslaan 47 was in het gelukkige bezit van drie telefoonlijnen. Naast de twee campustoestellen (3853 op de tweede en 3851 op de vierde vloer) had de flat een eigen buitenlijn. Dit toestel stond ook op de vierde verdieping. Een van de interne lijnen zou gebruikt worden voor een permanente verbinding met de 2-meter ontvanger op het EF-gebouw. De andere zou in principe vrij blijven, zodat de flat bereikbaar was, bijvoorbeeld voor ouders. Achteraf bleek overigens dat verschillende ouders van bewoners van laaggelegen kamers zaterdag vergeefs hadden geprobeerd de flat te bereiken, omdat ze alleen het "lage" nummer (3853) kenden.

Van het toestel op de vierde liep een draad naar de keuken op de tweede verdieping, waar een extra bel hing. Van deze vijf-aderige draad werden er maar twee gebruikt voor de bel. De overige draden werden door Rolf in gebruik genomen om 3853 "door te trekken" naar vloer 4, om daar op het mengpaneel aangesloten te worden. Tussen toestel 3853 en de extra bel van 3851 werd een extra stukje PTT-draad gelegd, en spontaan door Pieter in de originele kleuren overgeschilderd. De vreemde constructie zou niemand ooit meer opvallen.
Ook de buitenlijn werd op het mengpaneel gezet, voor bijvoorbeeld reportages uit telefooncellen onderweg.

De studio zou tijdens de Batavierenrace opgesteld worden in de kamer van Peter, schuin tegenover Pieter's kamer. Peter was gestopt met de studie (hij ging in dienst, en daarna wilde hij in Amsterdam verder studeren), en had zijn kamer per 1 mei opgezegd. Maar het was geen probleem voor hem om zijn kamer een paar dagen eerder te ontruimen, hij vond het RD-gebeuren veel te leuk. En zelf zou hij de laatste dagen wel slapen bij Azing, zijn overbuurman.

Zo werd zijn kamer op woensdag al ontruimd, want de uitzending van donderdag de 24e zou alvast proefgedraaid worden met de apparatuur en de verbindingen. Ook zou voor het eerst de presentatie live plaatsvinden. Want tijdens de Batavierenrace-uitzending was het uiteraard niet te doen om alles van te voren op te nemen, en eigenlijk was dat krampachtige gedoe van "alles eerst op band" nergens voor nodig. Fouten maken is menselijk, niet alles hoefde perfect de ether in, en wat de veiligheid betrof (de andere reden voor niet live uitzenden): het gevoel dat Radio Drienerlo getolereerd werd omdat zij zich onderscheidde van 'gewone piraten' werd steeds sterker. Bovendien was het risico nu verkleind door de scheiding van studio en zender.

24 april

De uitzending van 24 april had een tamelijk chaotisch karakter. Iedereen was eigenlijk met zijn gedachten bij de Batavierenrace, en er moest vooral technisch nog zoveel geïnstalleerd en uitgetest worden, dat het programma zelf een beetje op het tweede plan kwam.

Gelukkig lag het interview van Adriaan met rector van der Kroonenberg op de plank, dat afgewisseld met muziek tot een programma van een half uur was gemonteerd.

Peter wilde een uur klassieke muziek presenteren, maar zag daar vanaf omdat de geluidskwaliteit van de uitzending nogal te wensen overliet.

Op een gegeven moment riep iemand dat er via 2371 ook verzoekplaatjes aangevraagd konden worden, en diverse luisteraars belden op, met name om toepasselijke platen voor lopers of ploegen aan te vragen.

25 april

De hele vrijdag waren Rolf en Hans bezig om het geluid van RD goed te laten klinken. De plaat "Turn to stone" van ELO werd vrijwel grijs gedraaid, omdat deze door het constante geluidsnivo zeer geschikt was voor het afregelen. Tenslotte lukte het, onder meer door oneigenlijk gebruik van een radio van Frans, waar het een en ander in gesoldeerd werd en de lage-tonen schakelaar een hele andere functie kreeg.

Bij Jopie op de flat woonde Ruud. Ruud had het vervoer geregeld voor de ploeg van de tennisvereniging Ludica. Hij had de verzekeringsmaatschappij Oost-Nederland bereid gevonden om hen te sponsoren, en zo geld losgekregen voor het volgbusje van Ludica, en nog voor een tweede busje voor wat flatgenoten en vrienden, die de hele race onderweg wilden meemaken. Een aantal mensen die met dit tweede busje meegingen wilden ook reportages maken voor Radio Drienerlo, met name in de nachtelijke uren. Behalve Jopie en Ruud waren dit Kees en Lex.

Deze ploeg, die zichzelf "Biotax" noemde, nam een √bnica mee om reportages op te nemen, die via Gerard's zender zouden worden doorgestuurd.

Gerard zou op de motor naar Nijmegen gaan, en het eerste stuk tot Dinxperlo rijden, en eventueel zelf ook reportages maken. In Dinxperlo zou hij afgewisseld worden door Appie, een flatgenoot van Rolf, die 's nachts naar Dinxperlo zou komen met een van de bussen, waarin ook de lopers van de ochtendetappes vervoerd werden. Het laatste stuk (vanaf Barchem) zou Gerard weer rijden.

Adriaan en Rudolf zouden ook met de bus naar Dinxperlo gaan, terwijl Karin vanaf Barchem reportages ging maken, achterop de motor bij Gerard, die Appie daar weer afloste. Karin kon niet eerder, want ze moest vrijdagnacht tappen in de Vestingbar.
Het laatste stuk zouden ook Azing en PeterW, beide van Campuslaan 47, als reporters optreden.

Start

De uitzending begon op vrijdagavond even voor tienen. Niet met de normale pauzepingel, maar met een groot stuk uit de lp van Mannheim Steamroller, waarin de "pauzepingel-muziek" en de "welkomstwoord-tune". Frans vertelde over het doel van de uitzending, en wat de luisteraar allemaal te wachten stond. Het programma begon rustig, zowel wat presentatie als wat de muziek betreft. Het 'live uitzenden' was nog even wennen.

In het eerste uur werden twee interviews uitgezonden met ploegleiders, die Adriaan eerder in de week had gehouden. Er was een band gemaakt met een stuk of twintig interviews van Adriaan, Lex en Rudolf (in totaal bijna een uur materiaal), bedoeld voor de stille uren als er weinig live reportages binnenkwamen.

De eerste twee interviews waren vrij lang (12 resp. 11 minuten), maar ze gaven een prima inleiding voor mensen die niet bekend waren met de Batavierenrace. Zowel Christiaan van de ploeg "Brinta Bears" als Han van "Running and Stunning" vertelden niet alleen over hun ploeg, maar gaven ook algemene informatie over de race. Christiaan vertelde onder meer hoe de sfeer tijdens de nachtelijke etappes is, en de drukte in de mensa na afloop.

Even na elven nam Gerrit de presentatie over, en verhuisde Frans naar het info-mengpaneel. Het programma dat Gerrit presenteerde leek meer op een late-late-night-show, bedoeld om luisteraars op een aangename manier in slaap te wiegen, dan op een batavierenprogramma waar iedereen 24 uur voor wakker moest blijven. Hij vertelde nauwelijks iets over de race, noemde in twee uur het woord "Batavierenrace" slechts een keer, en het leek er op dat zijn muziekprogramma af en toe onderbroken werd omdat anderen zo nodig iets over een hardloopwedstrijd moesten melden.

Vlak voor middernacht belde Lex vanuit Nijmegen naar de studio. Er waren wat problemen met de 2-meter zender, dus via die weg kon nog geen verslag komen. Op de achtergrond was het aftellen voor de start reeds te horen: nog vijftien seconden.... tien, negen, acht...
Ongelukkigerwijs had Lex gebeld naar het enige toestel op Campuslaan 47 dat niet op het mengpaneel aangesloten was, nl. het boventoestel (3851). Doorverbinden naar 3853 was niet snel mogelijk, omdat dat toestel zelf twee verdiepingen lager stond, en eerst de verbinding met EF verbroken moest worden. Lex opnieuw laten bellen leek het snelste en gemakkelijkste. Ondertussen was Frans de enige die de start aan de andere kant van de lijn "live" gehoord had.

Ruim een minuut later had Lex opnieuw gebeld, en kon hij de uitzending in om te vertellen dat de race nu echt begonnen was.

Lex: Beste luisteraars, hier zijn we dan eindelijk vanuit Nijmegen. Het heeft ons een hoop moeite gekost om er in te komen. We zijn nog steeds bezig met de zender, om live uit te zenden. Maar zojuist, ik schat anderhalve minuut geleden is de Batavierenrace officiëel begonnen. De dames, die zijn de eerste die nu gaan lopen, en onder een erg applaus zijn ze net hier het stadion uitgeleid. Het is hier een geweldig festijn, het is.. een hele hoop mensen zijn hier. Er zijn net zojuist fakkels ontstoken, kortom het is een geweldig feestelijk gezicht.
Ja, we hebben nogal wat moeite gehad om hier te komen. Ik heb net nog een paar mensen van de TH geïnterviewd, zij hadden ook wat moeite om hier allemaal te komen, want het is hier ontzettend druk. Iedereen die probeert hier een weg te banen. Politie staat voor, het is een geweldig groot festijn, maar eindelijk, iedereen heeft zich weten te groeperen, tenminste de groepen die ik dan geïnterviewd heb, en.. nou, ze wachten allemaal met spanning af wat het zal worden.

Er zat een fikse brom door de reportage, waarvoor Frans zich verontschuldigde ("het ging allemaal wat improvisabel"), maar het was wel goed verstaanbaar.

Tien minuten later belde Lex opnieuw: hij had nu een opname van de start, die door Kees op cassette gezet was. De sfeer van de start kwam wel goed door, maar het geheel was toch tamelijk onverstaanbaar. Dat kon wel kloppen, zei Lex, want ze hadden gewoon de hoorn van de telefoon op het cassettedeckje gelegd.

De eerste etappe was ruim 4 kilometer, de dames liepen bijna een rondje en finishten bij de cactuskwekerij vlak bij het sportcentrum.

Om tien voor half een belde Lex nogmaals, nu met de uitslag van de eerste etappe. Ploeg nummer 5 was eerste, "Lithe Wings", een buitenlandse ploeg. Terwijl hij belde klonken op de achtergrond meer nummers van ploegen die op dat moment binnen komen. Ook riep iemand op de achtergrond dat niet nummer 5 maar nummer 7 de eerste was. Lex beloofde het uit te zoeken en later terug te komen met de echte uitslag. Maar het duurde een hele tijd voordat er weer iets uit het veld te horen was.

Ondertussen kwamen op de reactofoon diverse verzoekjes binnen. PeterB vroeg eerst een plaat voor de hoofdportier aan, en even later een voor Karin, "omdat ze haar stem terug heeft". Dat was ook goed nieuws voor RD, want zij zou onder meer de finish verslaan, en zonder stem gaat dat een beetje moeilijk.

De verwerking van de verzoekjes ging wat omslachtig. Luisteraars belden naar 2371, waar Ferdi de telefoon opnam, het verzoekje noteerde, en het doorbelde naar de studio (via het 'vrije' nummer 3851). Daar nam Pieter de telefoon op, moest dan op zoek naar een pen en een papiertje om het verzoekje te noteren. Als dat gebeurd was, ging het papiertje (stukje envelop, achterkant van een hoezootje) naar de muziekpresentator, die de plaat ging opzoeken.

Na een aantal aanvragen werd er maar eens een pen met een touwtje aan de telefoon geknoopt, en een pak ponskaarten neergelegd om verzoekjes op te noteren. Die ponskaarten waren eigenlijk bedoeld om een kaartenbak van de aanwezige platen te maken, maar daar was niemand meer aan toe gekomen.

ErwinH deed ondertussen boven op EF ontzettend zijn best om contact met Gerard te krijgen, voorlopig zonder succes.

Om vijf over half twee besloot Frans maar weer eens een van de ingeblikte interviews met ploegleiders te draaien, want er was al meer dan een uur geen nieuws geweest. Het gesprek van Rudolf met Bouwe van "Euros Light Peddle" was net aan de gang, toen Lex belde. Dat ging natuurlijk voor; het interview werd weggedraaid, en Lex hield een verhaal over antennekabels en tanken, dat voor de luisteraars niet zo erg goed verstaanbaar was. Daarom herhaalde Rolf even later wat er aan de hand was. Er was een kabel losgegaan in de zender van Gerard, en die zat nu te solderen in het douanehokje van de grenspost Kranenburg. Lex zat daar ook, en voordat ze de race verder konden volgen moest er ook nog in Nijmegen getankt worden. Het zou dus nog wel even duren voordat de eerste reportages via de zender binnen zouden komen.

Jeroen zette het programma voort met binnengekomen verzoekjes en zijn eigen muziekkeuze, waaronder wat Oostduitse platen. Het interview met Bouwe werd om twee uur opnieuw (en nu helemaal) gedraaid, gevolgd door nog een interview met een ploegleider. De stereo-ontvangst op de campus liet wat te wensen over, onder meer omdat een station uit Hengelo op bijna dezelfde frequentie zat. Luisteraars werd aangeraden de radio op mono te zetten als er te veel 'fliebels' in het stereogeluid zaten.

Om drie uur gaf Jeroen de microfoon over aan Rolf. Bij het wisselen van de wacht sneuvelde bijna een bandrecorder, die wat wankel opgesteld stond maar nog net door Rolf kon worden opgevangen. Frans, die haast achter het 'info-mengpaneel' vastegroest leek te zijn, babbelde in de uitzending even met 'Erwin die de verbinding verzorgt'. Even later leverde het digitale horloge van Erwin "het precisie-tijdsein van zestien-en-een-half over drie". Verbinding met het veld was er nog steeds niet, daarom draaide Rolf maar weer een ingeblikt interview van Lex met Harry van DOC (het Dispuut Ontwerp- en Constructieleer van de afdeling WB). DOC had enkele bijzondere lopers in de ploeg, waaronder rector van der Kroonenberg en campusarts Rijnberg. Het streven van DOC was om hoger in het klassement te eindigen dan de andere WB-ploeg Isaac Newton (van de gelijknamige studievereniging). Tussen beide ploegen bestond al jaren een rivaliteit, en de stand was nu 3-1 in het voordeel van DOC.

Om vijf over half vier kon Frans eindelijk goed nieuws melden: er was verbinding met Gerard, die inmiddels Duitsland al weer uit was, en men was bezig de antennes uit te richten. Frans liet een klein stukje van de communicatie horen, die overigens nog behoorlijk zwaar ruiste.

Gerard: ...kom jij hier binnen.. dus je kunt inderdaad nog een beetje draaien, zodat we een optimale verbinding kunnen maken. PA0T...

Hierna werd de schuif snel dichtgedraaid, want het was niet nodig dat de luisteraars hoorden op welke manier de verbinding tot stand kwam. Zendamateurs konden wel eens bezwaar maken tegen dit oneigenlijk gebruik van 2-meter zenders, en zeker zouden er ETGD-ers zijn die niet accoord gingen met dit gebruik van hun clubstation PA0THT.

Terwijl Erwin en Gerard de verbinding verder probeerden te vervolmaken, draaide Rolf eerst een verzoekje van de hoofdportier voor alle mensen die nu aan het werk waren. Daarna werd Jan van Isaac Newton aan het woord gelaten (weer een ingeblikt interview van Lex) die voorspelde dat zij deze keer DOC zouden verslaan.

Tegen vier uur vroeg Rolf via RD aan flatgenoot Edwin of deze Appie wakker wilde maken. Appie moest over 20 minuten met de bus naar Dinxperlo, omdat hij Gerard op het traject naar Barchem zou aflossen op de motor. Frans kwam met een trieste mededeling: alle verbindingen met het veld waren weer verbroken. Ook de lijn tussen de studio en EF was verbroken; dit betekende dat Gerard en Theo (ook van de Biotax-ploeg) vanuit Dinxperlo direct met Erwin konden bellen. Want het leek er op dat Gerard en Erwin elkaar niet begrepen omdat de verbinding te slecht was. Er werd echter niet gebeld, en na enige tijd werd de lijn tussen studio en EF weer hersteld.

Om vier uur debuteerde HermanW. Omdat er via EF niets binnenkwan en er achter het infopaneel verder niet veel te doen was, luisterde Frans op de 2-meter ontvanger van Hans eens of er daar toevallig nog activiteiten waren. Tot zijn vreugde hoorde hij daar Christiaan, de ploegleider van de Brinta Bears, die met een 2-meter zender zat in een van de bussen die op weggingen naar Dinxperlo. Het zou leuk zijn om Christiaan een impressie uit de bus te laten geven. Omdat er in de studio alleen een ontvanger stond, riep hij Erwin op om via de ETGD-zender dit aan Christiaan te vragen. Erwin luisterde echter niet op de telefoonlijn naar de studio, en ook oproepen via RD hielpen niet. Pas om kwart voor vijf lukte het, en even later zat Christiaan in het programma, en hield spontaan een paar interviews met leden van zijn ploeg.

Om vijf uur kwam Karin de studio binnen, na haar werk in de Vestingbar.

Herman: (...) Er is iemand tegenover me komen zitten aan de andere tafel, die ken ik niet, een lieftallige jongedame, hoe heet jij?
Karin: Goeiemorgen allemaal, ik ben Karin.
Herman: Jij bent Karin, jij bent degene die je stem terug heeft? (...) Waar heb je 'm gevonden?
Karin: Nou, mijn hamster die had 'm onderin zijn kooi liggen. En toen ik de kooi ging schoonmaken vond ik hem.
Herman: En hoelang ben je 'm kwijt geweest?
Karin: Een week. Dus ik heb een week die kooi niet schoongemaakt.
Herman: We hebben al heel vroeg gehoord dat je 'm teruggehad had, dat was gisteravond nog dacht ik. We hebben al een plaat voor je gedraaid.
Karin: Draai de volgende plaat even voor patio 26, en speciaal voor Peter, mijn collega van de bar vanavond.

Om half zes ontstond er enige consternatie in de studio. Urenlang was er niets geweest, en nu kwamen plotesling van alle kanten verbindingen.

(plaat: Johnny B Goode sterft weg)
Herman: Pats, boem, dreun, dat was een stevige rock'n'roller er achteraan.
Frans (op achtergrond, tegen Rolf die op de gang bij het toestel van de buitenlijn staat): Hij komt er nu in.
Herman: Wie komt er in?
Frans (tegen Herman en de luisteraars): Ja okee, moment. Eh, Lex. Hallo Lex?
(stilte, Lex heel zacht).
Rolf: Knopje. Buitenlijn!
Frans (zet knopje om, met als gevolg dat het even gaat rondzingen): Moment. (zet schuif dicht, andere open)
Gerard (vanaf motor via 2 meter in gesprek met Erwin op EF): Okee, we hadden even een probleempje, d'r lag hier even een stuk van de antenne af. Zo, ik heb hem nu horizontaal staan, ik hoop dat het signaal een beetje redelijk overkomt aan die kant. Maar net.. het verlengstukje was er afgelopen. (Rolf: Lex, effe 'n moment, we hebben nou Gerard live.) Okee, is dit een beetje luisterrijk, het signaal, of niet?
Erwin (klinkt heel hol op EF): Ja hoor.
Frans: Ja wacht eventjes. Waar zit Lex?
Rolf: Lex die is er nog.
Frans: Joe, kom er maar in. (zet schuif van Gerard dicht, van Lex open)
Lex: Ik weet.. op het ogenblik weten we nog niet precies de stand hier, alleen ik kan wel zeggen wat ik gehoord heb van de timers, dat twee buitenlandse groepen het erg goed doen, groep 6 en 7, en dat groep 140 het erg goed doet, en dat zijn de Delvers I uit Delft. Dus dat is het enige wat tot op heden nog bekend is.
Nou, we hebben nog steeds tot op dit moment moeite gehad met de ontvangst. Maar we zijn nou aangekomen in Dinxperlo, waar de restart wordt gegeven om een uur of half zeven, zeven uur. Dus we zijn nu nog op dit punt, en we hopen dat we over, nou waarschijnlijk over een uurtje de standen exact weten. Dan kunt u meer van ons horen.
Frans: Joe, zeg bedankt.
Herman: Okee, Lex, bedankt. Nou je hoorde het, heet van..
Rolf: Waarom komt er geen cassette dan?
Frans: Wacht effe, moment. Lex, jij had nog een cassette? Hallo Lex?
Lex: Hallo.
Frans: Jij had nog een cassette?
Lex: Ja ik kan.. zal ik die afdraaien?
Frans en Rolf, tegelijk: Ja okee, laat maar even horen.
Lex: Ja? Okee, komt-ie hè.
Frans: En Gerard hoor je er ook nog tussen door, maar dat.. (dat kwam door de overspraak tussen beide lijnen, een gevolg van de manier waarop de telefoons op het mengpaneel waren aangesloten.)
Lex (van cassette): Ik bevind me op het ogenblik in de sporthal in Dinxperlo, en ik ben iemand van de campus tegengekomen, namelijk van Drie Zoeven Zoeven, dat is nummer 56. Hoe is het gegaan?
Jongen: Nou, ging wel prima, maar beetje last van het.. slechte weersomstandigheden.
Lex: Ja, d'r is erg veel regen geweest, he. En ben je een beetje toch tevreden geweest over jezelf, of had je toch wel beter gekund?
Jongen: Nou, over mezelf ben ik niet zo tevreden, maar dat heb je natuurlijk altijd, he, 't kan altijd wel beter.
(...)

Na dit interview volgt nog een tweede, met iemand van de ploeg Flat 65, en dan een impressie uit de slaapzaal.

Lex (nog steeds van cassette): Ja dames en heren, ik bevindt me op het ogenblik midden in de slaapzaal. Het is moeilijk te tellen hoeveel mensen hier liggen, maar het is een kleurenrijk van slaapzakken.. allerlei kleuren, geel, rood, blauw, groen, oranje.. sommige slapen, sommige niet.. (Jongen op achtergrond: Houd je bek, joh) Ja ik hoor dat hier iemand even iets wil zeggen. Ja, hallo? ja hij wil slapen zie ik. Goed, we gaan gewoon door, tussen de mensen. Je moet hier over de mensen heenstappen, zo vol is het hier. Goed, ik laat ze maar slapen.

Gerard was ondertussen aan het experimenteren met een andere microfoon; sommige spullen waren nat geworden en werkten niet meer naar behoren. Herman memoreerde dat het een prachtig resultaat was na al die uren, en startte een plaat van Supertramp. Maar die werd na anderhalve minuut al onderbroken, omdat Gerard nu zijn eerste reportages naar Drienerlo kon doorzenden. Zonder verdere aankondiging, dus wat verwarrend voor de luisteraars, klonk de stem van Kees:

Kees: Goed, luisteraars, opname start nu. Luisteraars welkom, dit is Biotax, ik bevind me tussen Nijmegen en de grenspost.. hoe heet-ie, Jan Willem? Tussen Nijmegen en de grenspost Bergh. Ik hang hier uit het dak van onze eigen bus, en we zitten hier in een file die bestaat uit busjes, dat is een komisch gezicht wel. (...)

Kees ging zo nog even door, over stoplichten en de snelheid waarmee de file vooruit ging. Toen nam Gerard het woord over, die vertelde dat dit een impressie was van het stuk tussen Nijmegen en 's Heerenberg, en dat men nu weer rechtstreeks verbonden was met Dinxperlo waar over enige tijd de restart zou plaats vinden.

De Biotax-ploeg had nog veel meer reportages op cassette gemaakt in de afgelopen uren. Besloten werd om al die opnamen nu, terwijl de verbinding goed was, in een keer over te zenden naar Drienerlo, en ze op een band in de studio te bufferen om later stuk voor stuk uit te zenden.

Om kwart over zes meldde Lex zich via de telefoon uit Dinxperlo met de tussenstand van de eerste tien etappes. Op plaats 1, 3 en 4 stonden buitenlandse ploegen (waarvan de namen bij RD nog niet bekend waren); op de tweede positie stonden de Delvers I, een ploeg uit Delft onder leiding van Bram Klok. De beste Twentse ploeg was Betonbacil van de HTS op de zevende plaats; de beste TH-ploeg, Skeet op Wiel'n, was nu vierendertigste. Lex liet door de telefoon een paar interviews horen vanaf cassette, maar die waren slecht verstaanbaar en klonken vervormd.

Om half zeven was de eerste restart in Dinxperlo, maar er kwam geen reportage door in de studio. De technische problemen waren nog niet helemaal opgelost. In de studio nam Pieter de plaats achter het muziekpaneel over van Herman.

Even later riep Frans het bericht om dat er om zeven uur een excursie begon over de campus, waarbij het vogelbestand op de THT bekeken kon worden. André had wel behoefte aan wat frisse lucht na een nacht lang in de studio, en vertrok om deel te nemen aan die excursie.

Na zevenen werden een paar van de "gebufferde" reportages uitgezonden die in het begin van de nacht waren gemaakt. Ook de tweede restart om half acht kon niet live verslagen worden, maar Adriaan maakte een reportage op cassette, en een interview met een Dinxperloër over de toestanden die zo'n horde studenten elk jaar op een vroege zaterdagochtend in het dorp veroorzaakte. De reportage werd tegen achten uitgezonden; in de studio dacht men dat het de eerste restart was, en dat zei Rolf ook in de uitzending.

Appie vertrok, met Rudolf achterop, op de motor van Gerard. Even verderop, in de buurt van Lichtenvoorde, lukte het om een prima 2-meter verbinding tot stand te brengen, en vanaf half negen bracht Rudolf regelmatig reportages en interviews vanaf verschillende wisselpunten in de Achterhoek. Ook werden stukjes uitgezonden van een reportage die Adriaan gemaakt had in de bus onderweg naar Dinxperlo. In Barchem hield Appie een interview met flatgenoot René, die liep voor de ploeg van de roeivereniging Euros.

Inmiddels had Evert de muziekpresentatie overgenomen, terwijl Rolf al sinds zeven uur achter het infopaneel zat. Toen Evert om half elf aankondigde dat hij zo plaats zou gaan maken voor Erwin, zei Rolf: "Reken daar maar niet op! Erwin heeft het druk, en van het tijdschema klopt niets meer." Er was namelijk, in de woorden van Erwin, "Alarmstufe Rot" uitgebroken: men had een verdachte wagen op het THT-terrein gesignaleerd, en Erwin was op onderzoek uitgegaan. Het bleek gelukkig vals alarm te zijn.

Om elf uur lukte het dan eindelijk om een restart live in de uitzending te brengen: Rudolf en Karin versloegen samen de eerste restart in Barchem. Karin, achterop de motor bij Gerard, gaf rijdend op de lopersroute vele reportages van de race tussen Barchem en Boekelo. Gerard had van de organisatie toestemming gekregen om het traject op de lopersroute te rijden.

Op de campus begon ondertussen een andere sportieve gebeurtenis: de degradatiewedstrijd van het eerste team van de Voetbalvereniging Drienerlo tegen SVV uit Sibculo. Supporters werden opgeroepen om naar het veld te komen, met een draagbare radio om ook de Batavierenrace niet te missen, en om regelmatig de stand door te bellen naar Radio Drienerlo. Tegen enen, tijdens de rust, gaf de voorzitter van de VVD een verslag van de eerste helft, die in 0-0 was geeindigd.

De reportages van Karin en Adriaan stroomden binnen, evenals de verzoekjes voor lopers en ploegen.

Tegen half twee nam Geert Jan de presentatie over. Zoals hij zelf zei was hij ingehuurd om "Beton" te draaien, en hij ging er dan ook stevig tegenaan met platen als "Aint't talkin' 'bout love" van Van Halen en "Head First" van de Babys. Maar ook draaide hij toepasselijke nummers zoals "It keeps you running" van de Doobie Brothers en "The Runner" van The Three Degrees.

Karin was regelmatig te horen, op weg naar en in Boekelo, de laatste restartplaats, en beschreef onder meer de binnenkomst van de eerste Twentse ploeg in Boekelo: Betonbacil van de HTS uit Hengelo. In Boekelo schreeuwde ze mensen die bijna uitgeput zijn toe om toch die laatste meters af te leggen: "Toe maar joh, je bent er bijna!". Een politieman zwaaide vriendelijk naar haar..

Via de reactofoon kwam een verheugend bericht binnen: de eindstand van de voetbalwedstrijd was 2-1 in het voordeel van Drienerlo. En er werd druk gebeld voor verzoekjes. Er belde zelfs iemand uit Oldenzaal, hetgeen Geert-Jan de uitspraak ontlokte: "Straks worden we nog een nationale omroep!". Overigens belde er ook iemand van de Witbreuksweg die zei dat RD sinds twaalf uur niet goed meer te ontvangen was.

Tegen kwart over twee meldde Karin dat het wat stil begon te worden bij de aankomst in Boekelo, en ze besloot om even de kroeg in te duiken in afwachting van de restart. In café De Beuker trof ze ondermeer de enige Wageningse ploeg, het Batavierendispuut. Door een conflict tussen de NSSS (de overkoepelende stichting van studenten-sportorganisaties) en de Wageningse Sportraad deden er in 1980 officiëel geen ploegen uit Wageningen mee. Het Batavierendispuut van de K.S.V., opgericht in 1974 door een aantal deelnemers aan de allereerste Batavierenrace (die toen van Nijmegen naar Rotterdam liep), had echter buiten hun sportraad om speciale toestemming gekregen om toch mee te doen. Om verder geen problemen te krijgen stonden ze officiëel te boek als een Tilburgse ploeg.

Karin belde uit het café dat ze een interview met deze ploeg wilde doen. Vanuit de studio werd teruggebeld, en na een inleiding van Karin praatte Frans vanuit de studio met Sytse in De Beuker. Het dispuutslied ("Dol op een Batavier", op de melodie van "De Wandelclub" van Jasperina de Jong) werd ten gehore gebracht, en Sytse, die Frans slecht kon verstaan vanwege het lawaai in het cafe, vertelde wat over de race.

Inmiddels had PaulM achter het muziek-mengpaneel plaatsgenomen. Toen hij net zat, kwam er een verzoekje binnen van Calslaan 54 en Joop, om "Het leven is goed in mijn brabantse land" van Oh Sixteen Oh Seven te draaien. Paul had een band met muziek gemaakt, omdat hem dat handiger leek dan platen, en dat nummer stond ook op die band. Alleen hadden wat flatgenoten van zijn vriendin geprobeerd hem een poets te bakken. Zij hadden zijn band "geleend", en na het intro van het bewuste nummer een montage er overheen gezet. Paul had echter de band even beluisterd, en draaide in plaats van de verknipte bandopname de originele plaat. Hij kreeg later te horen dat hij toch slimmer was dan ze dachten.

Om kwart over drie meldde zich spontaan een verslaggever: FransM, die samen met HansB op de fiets met een 2-meter portofoon naar Boekelo gereden was, wilde wel wat mensen interviewen. Twee minuten later werd een vraaggesprek van hem uitgezonden met de Nijmeegse ploeg Porum Atleticum: hoe ze gelopen hadden, en wat hun verwachtingen van het Batavierenfeest waren.

Terwijl Luuk zich naar het Torentje van Drienerlo begaf om RD-stickers (die door Rolf en Peter gedrukt waren) uit te delen aan iedereen die een draagbare radio bij zich had, gaf Adriaan vanuit Boekelo wat informatie uit het boekje van de Batavierencommissie: medische tips, het wedstrijdreglement, en de route van de laatste etappe.

Finishreportage

Gerard en Karin hadden zich inmiddels opgesteld bij de restart. Om kwart voor vier interviewde Karin de laatste loper van de Wageningse ploeg, en de heer Le Grand, die voor Abacus liep. Ook zij beschreef een stuk van de route, en gaf een impressie van de sfeer in Boekelo:

Karin: Straks krijgen ze een stukje "eigen weg", zoals net verteld is door Adriaan, dat is een ontzettend vervelend stuk met allemaal builen en botsen en grote stukken steen erin en grote kuilen, en voor de fietsers is dat heel beroerd. Ik heb het vorig jaar gefietst, en het heeft mij bijna m'n fiets en m'n leven gekost. Het is echt een heel vervelend stuk.
Nou, vanuit Boekelo is nog niet zo heel veel te vertellen, behalve dan dat hier een gespannen sfeertje heerst. Iedereen is zich aan 't opstellen; de nummertjes worden opgespeld, de hesjes worden aangetrokken; de Boekelose jeugd luistert belangstellend naar wat Radio Drienerlo te vertellen heeft; en mensen die niet hoeven te rijden of te lopen staan hier ontspannen patat te vreten en te hopen dat de mensen van hun eigen ploeg het eerste aankomen.

Paul probeerde tussen de reportages door nog een paar verzoekplaten te draaien, maar kreeg daar weinig kans voor.

Karin: Er staat een wagen van het organisatieteam met twee grote luidsprekers er op heel boos te doen tegen alle mensen die een voet over de streep zetten, of tegen fietsers die te hard opdringen. En voor ons staat een hele colonne politie met motoren, en die staan vrolijk onze kant op te kijken, terwijl wij rustig doorpraten.
Hier en daar springt een loper over de weg; ik hoop niet dat ze ondertussen hun enkels verstuiken, want dan kunnen ze niet eens meer meelopen. Maar ze maken vreemde bokkesprongen hier.

Het liep tegen vier uur.

Karin: Nog een kleine minuut en dan vertrekken de mensen hier vanuit de restart in Boekelo. Je kunt het duidelijk merken: iedereen wordt een beetje zenuwachtig en zenuwachtiger, zelfs ik..
Als je ziet hoe de lopers er nu bij staan, nog redelijk fit en vrolijk, tenminste vrolijk, een beetje gespannen, maar toch zien ze er allemaal nog goed uit. En als je straks ziet hoe ze allemaal aankomen in Enschede, dat is wel een levensgroot verschil. Maar het is ook wel even een prestatie die die mensen leveren. Ze lopen daar even acht kilometer, iets meer dan acht kilometer, met een grote bult er in, een brug er in, en natuurlijk het stuk spanning van het end.
(...)
Ik zie dat daar iemand met een pistool gaat staan. En dat is niet om iemand neer te knallen, maar dat is om het startschot te geven.. De lopers staan licht gebogen.. Ja, ik zie tenminste.. allemaal heel spannend, ik zit er nou omgekeerd op de motor, en ik moet oppassen want zometeen spuit die motor weg en dan donder ik natuurlijk naar beneden als het fout gaat..
Vijf, vier, drie, twee, een.. Ja, en daar gaan ze dan, op weg naar Drienerlo! Het hele peloton. De motorrijders die spuiten vooruit. Het publiek juicht aan de kanten. Ontzettend veel bekijks aan alle kanten. Er worden veel foto's gemaakt. En achter ons loopt het grote peloton dat op weg is naar Campus Drienerlo.

De etappe liep vanaf Boekelo eerst over het viaduct over de A35.

Karin: De eerste twee beginnen nu aan de helling, en dat wordt een hele zware tocht voor die jongens. (...) Gerard, even wat zachter, kan ik het nummer bekijken. (...)
Hier van bovenaf de brug is het een schitterend gezicht. Je ziet daar twee lopers voorop, nummer 51 was het, die loopt helemaal voorop, en nummer 113 loopt er een meter of twee achter. Een meter of tien daarachter komt de eerste van het peloton, en daarachter volgt een ontzettende stroom mensen..
Frans: Nummer 51, een Twentse ploeg, Runtime Error..

Het eerste deel van de etappe was Karin vrijwel voortdurend aan het woord, terwijl Frans de ploegnamen bij de nummers noemde. Na de brug werd loper 113 ingehaald door loper 12, van een buitenlandse ploeg.

Karin: Het gekke is dat van nummer 51, die voorop loopt, geen fietser te bekennen is. Zoals ik al eerder verteld heb, is van iedere.. bij iedere loper is een of twee fietsers, maar 51 loopt helemaal in z'n uppie. Geen fietser te bekennen. (...)
O wacht es, daar komt iemand wanhopig aangefietst. Die stond natuurlijk helemaal achter bij de fietsers, en die had niet verwacht dat hun eigen loper zo hard zou gaan lopen. Ja hoor, dat is de fietser van 51. Schitterend!
(...)
We zitten ongeveer bij de Grote Veldweg, waar dat dan ook moge zijn. 51 en 12 lopen nu broederlijk naast elkaar, heel gezellig. En bij 113, die toch ook wel een eindje achter is geraakt, een meter of 25, loopt nu nog iemand anders. Ze lopen dus daar ook met z'n tweeën. En daarachter volgt het peloton.
Het is werkelijk stug doorlopen wat die jongens doen, he. Blik op oneindig, verstand op nul, en maar rennen. Het is geweldig.

De woorden "schitterend" en "geweldig" klonken vele malen in de reportage van Karin. Later maakte Hans nog een montage van al deze kreten.

De koplopers waren inmiddels genaderd tot Twekkelo.

Karin: Ook hier bij dit kruispunt staan weer vele mensen op ons te wachten, om te kijken wat er aan de hand is. De politie staat het verkeer tegen te houden, zodat de lopers allemaal rustig verder kunnen gaan. 'k Ben bang dat die mensen wel een flinke tijd moeten wachten, want voordat het hele peloton er door is, dat duurt nog wel even. Want ik zie ze niet eens meer. Nummer 113 zie ik nog wel, maar het peloton is nu zo'n.. honderd meter, tweehonderd meter achter mij.
Nummer 51 en 12, ze lopen nog steeds gezellig samen. En ze hebben nog steeds hetzelfde harde tempo. Het is geweldig.
Er rent een hond blaffend op hen af, maar gelukkig, hij loopt niet door. Je moet natuurlijk proberen die jongens zo min mogelijk te storen, zodat ze hier een topprestatie kunnen gaan leveren.
't Is jammer dat die jongens geen tijd hebben om een beetje rond te kijken hier, want het is hier geweldig mooi. Alle bomen en bosjes staan in bloei, 't is hier schitterend.

Vlak na Twekkelo begon het stukje onverharde "eigen weg".

Karin: Voor mij is het hier eigenlijk heel griezelig. Ik zit hier te bungelen op het puntje van de motor. Als er een grote kuil komt dan val ik bijna naar beneden. En ondertussen word ik aan alle kanten ingehaald en geflankeerd door politie, die de weg voor me vrijmaken, terwijl ik hier een beetje.. zit te zenden. Ik vind het werkelijk fantastisch.

Langs het industrieterrein naderden de lopers de brug over het Twentekanaal.

Karin: Dat wordt voor die jongens ook nog een hele zware strijd. Nummer 51 en 12.. Oh, wat vervelend nu, nummer 51 kan mooi de binnenbocht nemen, maar 12 moet om een auto heen, en dat scheelt toch wel een paar passen. Hij ligt dan nu ook nu een pas of, nou, een meter of zes achter op nummer 51. Mmr ik denk dat-ie daar zometeen wel weer bij komt. Ja, daar is-ie al weer. Ze lopen nu weer samen. Toch wel even vervelend dat je daar zo rekening mee moet houden.
(...)
Ik zie voor mij dat de spoorbomen dicht gaan. Ik hoop dat ze weer open zijn als de jongens er langs komen. Dat kan wel heel vervelend worden, omdat je natuurlijk gehinderd wordt door een langskomende trein als je net even op het punt staat om een ontzettende goede recordtijd te lopen.
Ja, de jongens zijn bijna boven op de brug aangeland. En de spoorbomen zijn nog dicht. Ik hoop dat die trein.. ja, daar gaat de trein voorbij, ik hoop dat het er maar een is.

En inderdaad waren de spoorbomen op tijd weer open.

Appie was ondertussen naar Hans toegegaan, die boven op E&F voor de communicatie zorgde. Van daaraf had hij een prachtig uitzicht op het laatste deel van de etappe. Hij kon de lopers volgen vanaf het Twentekanaal tot aan de finish op de sintelbaan. Zijn standplaats mocht niet in de uitzending onthuld worden, om problemen te voorkomen. Want niet alleen de ETGD kon moeilijk gaan doen, ook de hoofdportier. Erwin had een pasje om in het weekend in E&F te komen, en hij had vrijdagavond een sleutel van het gebouw opgehaald. Maar het was niet de bedoeling dat die sleutel was overgedragen, eerst aan Pieter, en vervolgens aan Hans en Appie, die geen van allen een pasje hadden.

Appie: Ja hier Appie. Ik sta hier nou op de sintelbaan. Het is hier al een drukte van jewelste. Overal zijn vlaggen tevoorschijn gehaald, motorrijders rijden af en aan. Er heerst een gespannen sfeer.. (...)
Karin: Wat is dat nu? Heeft 51 toch te veel gegeven aan het eind? Nummer 12 loopt nu voorop, en 51 loopt er een meter of drie achter.
Appie: Er is inmiddels ook een ambulance gekomen, en ik denk ook wel dat-ie nodig is, als ik zo de verhalen hoor van Karin..
Karin: Het is werkelijk ongelofelijk spannend. De hele weg heeft nummer 51 op kop gelopen, en nu komt nummer 12 die, nou, of naast hem of vlak achter hem heeft gelopen, en die zet me daar even een spurt in. Die ziet natuurlijk het E&F-gebouw, en als elektro-freak denkt-ie: lopen nu! Het is werkelijk geweldig. Wat een tempo mensen, het is schitterend.

Het enthousiasme van Karin werd steeds groter naarmate ze de finish naderde.

Karin: Ja jongens, daar komen ze aan, hoor! Nummer 12 heeft een geweldige voorsprong genomen, het is schitterend! Die jongen die sjouwt, die sjouwt, die sjouwt. Die heeft vanavond vast een beetje kortere benen omdat-ie gewoon de helft er vanaf gelopen heeft.
Het is geweldig. Hij komt helemaal los. Nummer 12, mensen, nummer 12 maakt het helemaal! We zijn nu ongeveer bij de portier. En nummer 12 loopt vlak achter ons, vlak achter de wedstrijdleiding komt hier nummer 12 binnen. Het is geweldig zoals die vent loopt, zeg. Schitterend!
En.. ja, hij is nu op het TH-terrein. Nummer 12 heeft zich helemaal losgemaakt van het peloton. Ook van nummer 51 die daar vlak achter liep. Het is geweldig. Wij rijden nu even door naar de sintelbaan, en als alles zo doorgaat zoals het nu is: nummer 12 wordt nummer één!

Karin kon op de motor de uitzending niet horen, en wist dus niet wanneer anderen aan het woord waren. Daarom gaf ze een vrijwel continu verslag, dat af en toe door Frans weggedraaid werd om Appie de gelegenheid te geven wat te zeggen.

Appie: Het is nog voller geworden. Je snapt werkelijk niet waar in zo'n korte tijd al die mensen nog vandaan kunnen komen, maar het loopt hier nog steeds vol. De binnenbaan die wordt nou ook al aardig gevuld, en de bovenbaan bij het zwembad. Alles zit vol. Het is hier werkelijk heel gezellig. Het lijkt wel een Feyenoordse Kuip op een mooie zondagmiddag..

Gerard moest even omrijden om bij de sintelbaan te komen. De lopers liepen vlak langs de Bastille, maar hij moest via de Boerderij en voor de Vrijhof langs, waardoor Karin het zicht op de koplopers even kwijtraakte.

Karin: We proberen wanhopig tussen alle drommen mensen langs.. tussen alle drommen mensen door te komen. Ik begin er zelf al helemaal van te stotteren van de spanning.
Zal nummer 12 het echt redden, jongens? Ik weet het niet, maar ik denk toch dat ze een ontzettende goeie kans maken. Ik zie dat het hier een beetje bomvol is, da's schitterend. Ik was al bang dat vanwege het minder goeie weer dat het hier leeg zou zijn. Maar gelukkig zijn er ontzettend veel mensen, om die ontzettend geweldige lopers op te vangen.
We rijden nu met een.. Daar komt.. de eerste loper komt hier binnen. De politie zet de sirenes aan. Nummer 12? Het is werkelijk geweldig: wij rijden hier het circuit op, Radio Drienerlo vooraan.
De eerste loper komt nu op de sintelbaan, de politie, de wedstrijdleiding.. Kom maar jongens, wie is de eerste? Is het echt nummer 12 geworden? We zijn heel benieuwd wie de eerste is die hier binnenkomt.
Frans: Appie, heb jij dat nog kunnen zien?
Karin: Even.. de spanning stijgt ten top. Politie is al met sirenes hier binnengereden. Waar blijft nu de eerste loper? Er wordt al geapplaudiseerd, mensen zien ze al.. Ja, nummer 12, geweldig! Hij ziet helemaal wit, maar hij loopt mensen, hij loopt ontzettend goed! Het is geweldig zoals die jongen rent. Wat een stijl van lopen ook, werkelijk geweldig.
Nummer 12 heeft het helemaal gemaakt op deze laatste etappe. Ik ben heel erg benieuwd hoe de ploeg het verder in de race heeft gemaakt, en hoe ver ze gekomen zijn.
Daar komt nummer 51, de koploper van zo'n beetje de hele etappe, nu als tweede binnen.
Het zal nu wel een tijdje duren voordat de volgende komen, want nummer 113 liep er een heel eind achter.

Appie was nu zogenaamd voor de Vrijhof gaan staan.

Appie: Het is werkelijk een magnifiek gezicht, die fietsers en die lopers. Ze komen hier over de opritlaan.. 't Is een ongelofelijke stoet. Ik denk.. nou, tot de portier kan ik ze zien, 't is allemaal fietsers, allemaal lopers, een waanzinnig mooi gezicht. Ook erg leuk dat ze nog allemaal dicht bij mekaar liggen; 't is een kwestie van inhalen en ingehaald worden. Ze willen niet opgeven. Vermoeidheid tekent hun gezichten..
(...)
Karin: Ja, ik hoor weer applaus in de verte, dus er komt weer iemand aan. Gejuich! Is dat een Twentse ploeg? Nummer 6!
Frans: 6, een buitenlandse ploeg.
Karin: ..en 126. Nummer 6 en nummer 126 komen binnen. Wat een gejuich mensen, schitterend. Het peloton heeft zich dus echt wel heel erg uitgestrekt..
Frans: Ja, 126. GAVV Rapiditas uit Groningen.

Frans kon al gauw het tempo van de ploegnummers niet meer bijhouden om de namen er bij te zoeken. Zelfs voor Karin ging de stroom binnenkomende ploegen op het laatst te snel.


Nummer 49, weer een. 83, 89, 61, uit Tilburg is die dacht ik, 50, 65.. O, wat een verschil met daarnet. Sommige jongens heb ik net zien staan, maar als je ze nu ziet.. Kijk, deze zwaait nog, geweldig. Nummer 80. Toch een beetje showbinkie, dat, hè. Helemaal uitgeput en dan toch nog even vrolijk zwaaien naar iedereen.
Nummer 150, nummer 132, 136, 125.. O, het publiek.. ik kan niet eens meer opnoemen, het hele peloton komt nu binnen.. 35, 81.. Kijk, kijk, ze gaan mekaar nog stiekem lopen inhalen ook! Toe maar jongens, zet 'm even op een lopen. Geweldig.
Nummer 14 ziet net zo groen als z'n T-shirt dat-ie aan heeft.. 107, 76, 101.. 129, 142, 141, 6.. 92, 22.. 86.. en er loopt een hond achteraan, hee.. (barst in lachen uit) Dames en heren, d'r loopt een hond over de sintelbaan, het is werkelijk schitterend! Hij loopt een eindje met de lopers mee, maar heeft het nu toch maar opgegeven. Ik kan het me voorstellen. Een ontzettend gejuich ging er op.
Er komen nog steeds mensen binnen. Hier tegenover mij staat een politieagente alle mensen die voorbij het draadje komen weer weg te jagen, dat is ook heel leuk. Ze doet het ook heel lief. Ja daar komt weer een hele stroom binnen, nummer 110, nummer 116, 4, 93, 137, 69..
Frans: 'k Wil ook wel wat getallen noemen..

Toen de meeste lopers binnenwaren werd het eindelijk weer tijd om een plaat te draaien. Karin hield nog een interview met Nico van de organisatiecommissie, en gaf nog een paar sfeerimpressies. Ook FransM was weer terug op de campus, en maakte bij de Spar een interview met enkele leden van een Zweedse ploeg, voornamelijk over het drinken van bier tijdens het Batavierenfeest.

Mantel

Ferdi had tijdens de finish de vroegere campus-entertainer Ronald Mantel rond zien lopen, die kennelijk voor dit evenement een dagje terug op de campus was. Toen hij dat later in de studio vertelde, vonden Frans en Rolf dat geprobeerd moest worden om Mantel in de uitzending te krijgen. Ferdi ging er achteraan, en regelde dat Mantel rond half negen naar de studio zou komen.
Presentator Jeroen ving dit op, en meldde dit rond kwart over vijf aan de luisteraars. De andere aanwezigen in de studio hadden dit niet in de gaten, zodat Frans om half zes vertelde dat er een "heel bijzondere gast" om half negen verwacht werd, en wie dacht te weten wie dat was kon bellen naar 2371.

Inmiddels waren er sinds vijf uur geen reportages meer geweest. Karin vond het na het finishverslag wel welletjes, en er waren geen anderen die het nog wilden overnemen.

Om half zes gaf Frans de officiële uitslag uit het Rekencentrum na 14 etappes, en verder kondigde Jeroen aan dat om zeven uur een samenvatting van de finishreportage zou worden uitgezonden. Men was zo enthousiast over het verslag van Karin en Appie dat Rob en Pieter meteen aan de slag waren gegaan met de logband. Ondertussen draaide Jeroen plaatjes, totdat hij om kwart over zes afgelost werd door Jopie. Nieuws was er verder niet; de officiële einduitslag zou pas tegen tien uur bekend worden.

Even na zessen kwam Wop om de apparatuur van Ervis' discotheek Sound Factory op te halen en naar de Bastille te brengen voor het slotfeest. Hiervoor moest de halve studio afgebroken worden. Bandrecorders en een platenspeler werden overgeplugd naar het mengpaneel van Frans, op ingangen die eerder voor telefoons en de Cuna 2-meter ontvanger gebruikt werden. Het ging allemaal netjes, zonder dat de luisteraar er iets van merkte.

Tegen half acht nam Pieter de presentatie over, en na "nog even geduld" werd om kwart voor acht een driedelige samenvatting van de laatste etappe gegeven.

Om kwart over acht had Frans een "bijna officiële uitslag" van de eerste drie plaatsen: winnaar waren de Delvers uit Delft (ploeg 140), en de nummers 2 en 3 kwamen uit Groot-Brittanie: respectievelijk Impalas (ploeg 7) en Surrey (ploeg 6).

Een half uur later had Pieter de einduitslag van de eerste vijftien ploegen. In de top drie was geen verandering gekomen. De totaaltijd van de koploper was 9 uur 41 minuten en 30 seconden; de beide Britse ploegen hadden er iets meer dan tien uur over gedaan.

Ondertussen had Pieter al gemeld dat de "mysterieuze gast" was gearriveerd, en hij probeerde de spanning voor de luisteraars op te voeren. "Wie o wie is onze mysterieuze gast die zo dadelijk in de uitzending komt?"

De luisteraars moesten nog even geduld hebben. Want Mantel was dan wel naar Campuslaan 47 gehaald, maar er was nog niet bedacht wat er met hem zou moeten gebeuren in de uitzending. Mantel zelf had nog snel even op zijn oude flat een bandje opgehaald met opnamen van een van zijn shows, tijdens de introduktie van 1978. Dat kon in ieder geval gedraaid worden. Verder dacht hij dat het misschien wel leuk zou zijn om gesprekjes met opbellende luisteraars te voeren.

Iemand moest Mantel interviewen, en de meeste aanwezigen vonden dat Frans dat maar moest doen. Maar die zei dat hij te moe was, en al genoeg gedaan had. Niemand wilde eigenlijk deze taak op zich nemen, maar tenslotte werd Pieter gestrikt, met name omdat die toch al zat te presenteren...

Maar Pieter wist nauwelijks iets van Mantel af, alleen "dat-ie vroeger vele activiteiten op de campus uitgevoerd had". Pieter was weliswaar van de lichting 1978, het laatste jaar dat Mantel tijdens de introduktie een grote show had opgevoerd, maar hij was daar destijds niet naar toegegaan (als een van de zeer weinigen, want er waren toen 1510 mensen in de Agora, terwijl de brandweer 950 als maximum stelt).

Om tien over negen werd dan het "geheim" verklapt, en klonk de cassette met een potpourri van Mantel-successen, te beginnen met "Waar is mijn bril?" (de Nederlandse versie van "Blueberry Hill").

Mantel vertelde dat hij weer eens op de campus was voor de Batavierenrace, maar ook omdat Drienerlo 1 in gevaar was, en dat hij als oud-voorzitter van de Voetbalvereniging Drienerlo het eerste team moest steunen met zijn aanwezigheid.

Mantel vond de campusomroep een prima idee. Hij vertelde dat ze rond 1975 op Matenweg 30 ook een zender gehad hadden, Radio 30. Maar vlak in de buurt zat nog een zender, en die stoorde de vliegbasis; en toen ze via "bevriende kringen" op de basis hoorden dat er binnenkort een razzia op de campus zou plaatsvinden, waren ze gestopt. Het hele experiment had maar een paar weken geduurd.

"Misschien wordt het nu tijd voor een muziekje", meende Mantel. "Of, misschien kan je het telefoonnummer aankondigen?". Pieter vond dit een goed idee, en noemde het nummer dat luisteraars konden bellen om te praten met Mantel. "Ben Kamphuis bijvoorbeeld" zei Mantel. Ben Kamphuis zorgde onder meer voor de dia's tijdens de Mantel-shows, beiden lagen steeds op een vriendschappelijke manier met elkaar in de clinch.

Na de plaat hing er iemand aan de telefoon: Ben Kamphuis. Hij was door flatgenoten bewogen om 2371 te bellen. Tot zijn verbazing kreeg hij Mantel aan de lijn. Hoewel Ben van niets wist, leek het gesprek op een van te voren afgesproken stunt, en ontaardde het al gauw in een incrowd-verhaal, waarna het door Mantel snel beëindigd werd.

Frans had inmiddels naast Pieter achter het mengpaneel plaatsgenomen, en verzorgde de techniek tijdens het gesprek. Mantel nam het initiatief van het interview over, en had wat vragen aan RD, die door Frans beantwoord werden, onder meer over verslappende aandacht na enige tijd, en toekomstplannen. Verder stelde hij voor om een andere keer eens een uurtje te komen doen op RD, met wat meer voorbereiding.

Tegen kwart voor tien vond Mantel het "tijd worden voor de apotheose". Hij riep alle medewerkers op in de studio aanwezig te zijn, en dat het tijd werd voor champagne. Het verbod op pils in de studio tijdens de uitzending kwam ter sprake, en Hans ontdekte dat hij al bijna 24 uur geen pilsje gehad had.

Tijdens de plaat daarna werd het opeens heel stil in de ether: bij het pakken van een losse koptelefoon viel de plug precies op de schakelaar van de armlift van de pickup waarop de draaiende plaat lag!

Terwijl met een bandrecorder gesjouwd werd om de eindtune scherp te zetten, kondigde Frans een "verbinding met Twekkelo" aan, en even later klonk de Nederlandse versie van "Paradise by the Dashboard light", een vernederlandste montage van het nummer van Meatloaf, zogenaamd live vanaf een talentenjacht in Twekkelo.

"It's Over" van ELO had de laatste plaat moeten zijn. Maar toen die afeglopen was, terwijl iedereen door elkaar zijn zegje gedaan had, vond Frans dat er toch nog een extra plaat moest volgen, voor de eindtune, namelijk "Turn to stone", die inmiddels grijs was van het draaien tijdens het testen vrijdag overdag. Na "23 uur en 71 minuten" kreeg het reactofoonteam vrijaf, en werd de eindtune voor het eerste gedraaid zonder er doorheen te praten.

Voor sommigen had de dag vanaf vrijdagmorgen (met hoogstens een paar uurtjes slaap) nog niet lang genoeg geduurd. Een aantal RD'ers ging in de keuken op 47 kijken naar de "All American Night", die de VARA-TV uitzond tot vijf uur 's nachts. De plot van de slotfilm ("Klute" met Jane Fonda) was echter wat moeilijk meer te volgen, niet het minst doordat er luid doorheen gesnurkt werd...


Volgende pagina: Zomer 1980